Henk Vonhoff (verslag & foto’s)

Datum
02-09-2002
Lokatie
Den Haag
Spreker
Henk Vonhoff
Titel
Links, Rechts
Terug naar overzicht

Verslag Politiek Café Den Haag, maandag 9 september 2002
Spreker: De heer Henk Vonhoff

…….met het ophelderen van een literaire mystificatie. De titel is Links, rechts, daar is niets mis mee.
De dichteres is Ida Gerhardt, daar is ook niets mis mee. Maar dat gedicht heeft ze niet geschreven. Het is aldegeen die dat citaat hebben geprobeerd te zoeken, hebben dat niet gevonden. Dat was Klara Eggink. Zo, dat hebben we ook weer in orde gebracht.
Het is een mooi symbool van de verwarring waarin wij verkeren. Wij verkeren in dit land op het ogenblik in permanente verwarring. Vandaar dat je bijvoorbeeld in VVD-kring, hier ontglipt mij het woord liberaal niet aanstonds, al een aantal mensen hoort roepen dat wij naar rechts moeten. En dat is de reden waarom mij het woord liberaal niet ontglipt. En vandaar ook Rechts, Links, want wie het gedicht van Klara Eggink leest, ziet dat daarin schimmen uit het verleden weer langs de straten gaan. En de rechts-links-tegenstelling is een schim uit het verleden. Het is zelfs een, voor het liberalisme, wat dat betreft een bedreigende gedachte. Natuurlijk, hij is ingegeven door korte termijn-denken. Korte termijn onmiddellijk volgend op een bepaalde verkiezingsuitslag. En degenen die aldus roepen dat wij naar rechts moeten, kan de kwaliteit niet worden ontzegd dat zij politici zijn, maar geen staatslieden. Want politici denken straks aan de volgende verkiezingen en staatslieden aan de volgende generatie. En het kenmerk van liberalen is dat ze zich altijd en zeker in de Nederlandse verhoudingen bezig hebben gehouden met politieke vraagstukken op langer zicht. Dat is een oude, liberale traditie. Ik heb juist in verband met wat we vanavond aan gedachten uit te wisselen hebben, daarover nog eens nagekeken wat met de oprichtingsvergadering van de VVD in 1948 door Oud is opgemerkt. Hij zei: “Historisch gezien is het liberalisme de drager van de naam van de vooruitgang”. En zo is dat ook. En wat wij op het ogenblik, en daar zit de verwarring in, in de huidige politieke situatie zien, is niet de aandacht voor die gedurige vooruitgang, maar is de aandacht voor het korte-baan-succes. Vaak heel direct en zeer materialistisch gericht. De aandacht voor de oneliner, die in plaats komt van een uitgewogen argumentatie. De aandacht, op een gegeven ogenblik, zeer eenzijdig voor gemakkelijk in het gehoor liggende, en daardoor breed uit te dragen gedachten. Gebruikmakend ook van het ongeduld van vele media die niet geïnteresseerd zijn in achtergrond der dingen maar meer in de schijn dan het wezen.
Het zijn dat soort elementen die ons in het politiek bestuurlijk leven bepaald moeten bezig houden. Want naar mijn oordeel is datgene wat ons bedreigt in zeer sterke mate niet het aantal zaken die men zo heel gemakkelijk kan vermelden. Maar wat ons wezenlijk bedreigt is het feit dat men de politieke controle over allerlei processen aan het verliezen is. Een bouwfraude-enquête is een aardige illustratie van dat fenomeen. Men kan zich, en ik doe dat graag, de vraag stellen of die enquête überhaupt gehouden zou moeten worden, ik beantwoord die vraag ontkennend. Want de normen om een parlementaire enquête te houden, zouden wat hoger gesteld moeten worden dan deze. Het vakmanschap van de vraagstelling zou wat beter ontwikkeld moeten zijn dan we op het ogenblik zien, maar dit soort fenomenen houdt ons weg van datgene wat er werkelijk aan de hand is, namelijk dat politieke processen klaarblijkelijk geïnfecteerd zijn en niet verlopen zoals ze horen te verlopen. Dat schijn-controle de plaats inneemt van feitelijke controle. Het zijn dat soort verschijnselen waar een bestuurder en een politicus zich vooral mee bezig zouden moeten houden en dat gebeurt niet.
Het is natuurlijk komisch om een minister te zien die de ene proefballon na de andere oplaat.
“Het is weer half 10”, meldde het Handelsblad, dus Nawijn dacht: “een volgende proefballon” en heel aardige omschrijving van de situatie, dunkt mij. En het is natuurlijk ook aardig om te lezen van een minister die meent dat de oorvijg een bij uitstek pedagogisch verantwoord middel is, maar zelf op een gegeven ogenblik de maximum snelheid kan riskeren evenals een eventuele dienaar van de wet die hem aanspreekt. Hij hoeft hem niet serieus te nemen omdat het uniform hem niet imponerend voorkomt, maar de heer Heinsbroek vergeet dat hij op dat moment dezelfde houding heeft als de niet zo geslaagde Australische minister van binnenlandse zaken die betrapt op een snelheidsovertreding, het speelde zich af in 1980, tegen een agent zei: “meneer, u moet mij bekeuren, u bent buitengewoon kwalitatief goed, u moet promotie maken, u zit nu aardig in zuidoost Australië, u kunt brigadier worden in de woestein in west-Australië”. En toen ging die bekeuring niet door. Dat is het denkpatroon wat wij in feite en ten gronde moeten bestrijden. Liberalen hebben op te komen. Voor vrijheid zeker. Maar ook voor hun verantwoordelijkheid ten opzichte van de samenleving. Liberalen zijn geen utilitaristen, die kijken alleen naar marktwerking. Niet voor niets is het de liberaal Treub geweest die heel terecht de publieke voorzieningen onder het beslag van de overheid heeft gebracht. Dat was liberale politiek bij uitstek. En het heeft ons een openbaar vervoersysteem opgeleverd dat aanzienlijk beter functioneerde dan wij tegenwoordig gewend zijn. Marktwerking is niet de panacee, is niet de oplossing voor alles. Marktwerking is bijzonder nuttig, mits het gecontroleerd wordt en mits het wat dat betreft niet aan het volle vrije spel wordt overgelaten. Liberalisme tenslotte, liberalisme is in de Nederlandse traditie ontplooïngsliberalisme. En ontplooïngsliberalisme wil zeggen dat het oog heeft in vrijheid en in evenwichtige sociale gerechtigheid voor al diegenen die in onze samenleving moeten functioneren. Geordend, naar de regels en invalshoeken van onze dominante cultuur. Een dominante cultuur die wij hebben en die wij in stand willen houden. Die dominante cultuur is in zichzelf ruim genoeg om aan vele variëteiten onderdak te geven. Maar wel op basis van het respect dat aan ons…..