Merdan Yagmur (VVD), Gemeente Den Haag (foto’s & verslag)
Politiek Café, Den Haag, 17 mei 2004
Merdan Yagmur
Goedenavond,
Ik ga me even heel kort voorstellen, de meesten van jullie kennen mij wel. Voor degenen die mij niet kennen, sinds april 2002 ben ik raadslid hier in Den Haag. Voorheen heb ik een stukje media, MKB en personeelsbeleid gedaan en sinds kort doe ik ruimtelijke ordening, binnenstad en Den Haag zuid-west.
Zoals jullie weten heb ik vorige week een artikel in de Haagsche Courant geschreven.De journalist vond dat het nieuwswaarde had,zei hij hier gaan we mooi nieuws van maken”, zei ik. Dat is prima, als jullie alles maar letterlijk overnemen wat ik aan jullie verteld heb” . Dat heeft hij ook heel goed gedaan.
Het begon allemaal vorig jaar, zo rond december. Mijn vader had ik hier op bezoek in Nederland. Het was heel koud weer. We zaten in de auto. Aan de overkant zagen we een groep kinderen fietsend aankomen. Toen zei mijn vader, ze zijn op de fiets en blijkbaar worden ze ook niet ziek. Even een stukje voorgeschiedenis. Ik woon twaalf jaar in Nederland en de afgelopen twee jaar ben ik alleen maar op de fiets. Maar iedere keer in de stad op welke plek ik ook kom, worden er opmerkingen gemaakt. “Nu ben je al een paar jaar raadslid, nu moet je wel een auto hebben”. Die auto heb ik nog steeds niet, heb ik ook niet nodig. Mijn vrouw heeft die wel. Dat heeft ze puur voor de kinderen gedaan. Daarvoor had ze ook een fiets. Dus we hadden allebei een fiets. Het ging zo hard met mijn fietsgebruik, dat ik bijvoorbeeld als ik een lekke band had dan pakte ik ook haar fiets.
Als je zelf op de fiets bent dan let je vanzelf ook op het fietsverkeer, dan zie hoeveel mensen niet de fiets nemen, soms ben je de enige op de fiets. Soms wat meer, maar wèl honderd mensen die aan het lopen zijn. Toen ben ik me inhoudelijk gaan verdiepen in het hele fietsgebeuren en wat kom je dan tegen; een onderzoek in Amsterdam die zij in november 2003 gedaan hebben. Uit het onderzoek komen twee punten naar voren: Een: veel autochtone jongeren fietsen niet, pakken steeds minder de fiets.En twee: veel allochtone jongeren maken ook geen gebruik van de fiets.
Dan worden een aantal percentages genoemd bijvoorbeeld 50% van de Nederlanders maakt gebruik van het openbaar vervoer; metro, tram, bus. Het aandeel van fietsen is 10% dat is niet onbelangrijk. Daar ook al een stukje vermindering, afname van de percentages vooral door jongeren en allochtonen. Maar in het rapport is het zeer opvallend worden er twee opmerkingen gemaakt. Een van de opmerkingen is letterlijk als ik mag citeren:”Veel Hindoestanen en Turken maken geen gebruik van de fiets”. Het is heel gek ik heb zelf ook een onderzoek gedaan in de stad tussen Hindoestanen en Turken, de reacties waren min of meer hetzelfde, maar daar kom ik straks op terug.
Een stukje Haags onderzoek heb ik er ook bij gepakt. Maar het was niet een specifiek onderzoek naar het fietsgebruik in Den Haag. Toen heb ik zelf veertien verschillende
locaties in Den Haag uitgezocht. Daar ging ik allemaal fietsend heen en momentopnames doen. Om even een paar te noemen bijvoorbeeld: de Boogaerds, de Megastore, Haagse binnenstad, Johan de Witt College op het Nieuw Couperusplein zo’n Middelbare school, Haagse markt, Stationsweg op de Bazar . Dat waren heel verschillende locaties, daar was ik bij sommige twee uur of een kwartier. Daar heb ik momentopnames gedaan. Die kwamen redelijk overeen met het onderzoek van Amsterdam. Inderdaad weinig
allochtonen die een fiets gebruiken. Ook heel veel autochtone jongeren, die niet zo gauw een fiets namen. Wat u ook weer ziet, is dat een scooter onder jongeren heel populair aan het worden is. Ze pakken veel sneller de scooter, dan bijvoorbeeld een
fiets en tien jaar geleden bijvoorbeeld, als je geen bergfiets had, dan had je ook geen status. Nu is dat blijkbaar met scooters.
Ik heb dat stuk in de krant min of meer gelanceerd. Gelijk begonnen de reacties allemaal binnen te komen. Ik heb iets meer dan honderd reacties gehad. De allereerste reactie was van de Haagse fietsersbond. De volgende dag had ik tachtig e mails en bijna 70% van de e mails kwam echt van de migrantenjongeren. Dat ze het een mooi initiatief vonden. En ze wilden dus absoluut iets. Bijvoorbeeld: een bedrijf belde op en we willen vijf fietsen voor u beschikbaar stellen. Toen gelijk heb ik mijn wethouder gebeld, ik heb hier een bedrijf die wil vijf fietsen aan de stad doneren. Ik bel bijvoorbeeld een ziekenhuishoofd en wilt u met zusters en broeders fietsen, nou met alle plezier. Waarom niet? Bijvoorbeeld iemand van een businessclub belde, wilt u met ondernemers fietsen? Nou, waarom niet?
Ik heb iets meer dan elf uitnodigingen tot nu toe gekregen met wie ik allemaal moet fietsen.
Maar ik heb ook wat negatieve reacties gekregen. Van de 117 waren er twee negatieve reacties. De ene kwam van de kant van de PvdA en hij zei, zijn reactie was:”Ik heb u nooit zien fietsen. Blijkbaar woont u niet in de stad”. Nee, wel vervolgens ging hij inhoudelijk verder letterlijk in de Haagsche Courant.”Fietsen is voor Hindostanen niks, want dat heeft geen status.” De dag daarna, moest ik bij de HTM met hem in debat, nou hij kwam niet opdagen. Hij stuurde een collega. Hij zei : “Ja op zich vinden we uw plannen heel goed, maar alleen wij betreuren het dat u het zegt, als VVD”. Prima! En de tweede opmerking kwam via de stichting Jasmine, die een flinke subsidie via de gemeente Den Haag krijgt, die vooral voor Turkse en Marokkaanse berberdames een stukje emancipatiewerk doet. De directeur zei: “Ik kan niet zoveel met de plannen van de VVD”. Ze gaf er ook geen reden voor. Zo’n fietsenactie kan nog geen onderdeel uitmaken van een inburgeringsprogramma. Ik heb nooit het woord integratie genoemd. Ook in mijn stukken, in mijn columnstukken ook, bij de interviews ook, ik heb het woordje inburgering nooit genoemd bij het fietsen. Blijkbaar was dat wel haar gedachte. Weer typisch zo’n welzijnsinstelling, die met haar eigen ideeën komt of ze ergens wat subsidie kon krijgen.
Dat waren twee reacties zonder inhoud, maar iets meer dan tien, bijvoorbeeld allochtone zelforganisaties bijvoorbeeld zo’n vrouwenorganisatie uit Escamp, die zeiden: “We willen met vrouwen fietslessen beginnen”. Iemand belde van een koffiehuis op: “We hebben een fiets gekocht”. Sinds vorige week zijn ze bezig met fietslessen geven. We hebben een moskee bijvoorbeeld uit de Wagenstraat daar hebben ze ook een fiets aangeschaft. Eigenlijk drie projecten, waar ze aan de slag gegaan zijn. Uit al deze reacties zou de conclusie moeten zijn fietsen; is heel gezond, spotgoedkoop, milieuvriendelijk. Het brengt u van A-locatie naar B-Locatie in een zeer snelle tijd. Van deur tot deur. Wat ikzelf altijd wel een extra vind is dat vaak in een binnenstad fietsen een enorme bijdrage kan leveren aan het uitblijven van verkeersopstoppingen en natuurlijk is het fietsen zeer goedkoop. Dat goedkope en efficiënte gedeelte in mijn interviews kwam sterk naar voren. Vooral mensen met lage inkomens. Het eerste wat ze niet meer uitgeven:” De tram kan ik niet meer nemen, want dat is duur”. Maar dat geldt ook min of meer voor vanavond, ook voor de mensen, die hier met de fiets heengekomen zijn, jullie kunnen blijven drinken. Ze hoeven niet bang te zijn dat ze alcoholcontrole krijgen. Dat was mijn bijdrage. Dank u wel.